Bart op Lesbos
[Terug naar de homepagina]
De kracht van stilte

Mijn muziek is plotseling weggevallen vanwege gebrek aan bereik. Enkele stralen van de zakkende zon steken scherp langs een grijsblauw wolkendek, voor een moment scheren zo over de toppen van de zacht glooiende heuvels en doen de olijfgaarden zilvergroen oplichten. Het dal lijkt zich er niet om te bekommeren, de stilte wordt minimaal onderbroken door enkel een zachte ruis die over is gebleven van de koude oostenwind die hemelsbreed misschien twee kilometer verderop tegen de kust op beukt. Verwonderd kijk ik uit over een een woud van olijfbomen dat zich over de kleine vallei uitspreid en de heuvels een zacht aanzien geeft. Nergens zie ik een huis of een weg, een enkele rotsachtige bult of piek is het enige dat zich boven de deken van groen weet uit te steken. De struikjes die daar een poging wagen op de rotsachtige ondergrond lijken boden van het bos, gezonden om te verkennen of ook die laatste stukjes aardbodem bedekt kunnen worden door haar groen. Onwillekeurig zet ik mijn koptelefoon van mijn hoofd en staar onder indruk over dit prachtige zicht. Mijzelf zo min mogelijk bewegend, probeer ik iedere verstoring van de serene rust in de kom te voorkomen. Ik haal een paar keer diep adem terwijl zich voorzichtig enkele gedachten in mijn hoofd ontspinnen. Ik ben de laatste tijd wel vaker stil geweest en ik heb vaker de tijd gehad om na te denken, even stil te staan, terug of vooruit te kijken, te piekeren, mijmeren en wat al niet.
Door de lage aantallen poc’s in het kamp heeft de school de laatste tijd niet bepaald onder hoge druk gestaan. Er zijn simpelweg te veel scholen voor te weinig kinderen momenteel. Vaak heb ik in mijn eerste klasje twee of hooguit drie leerlingen, waarvan één daadwerkelijk geregistreerd staat. Meestal heb ik in het derde uur niemand, of met geluk één meisje die het af en toe bedenkt om toch maar eens naar mijn school te gaan in plaats van de keur aan andere scholen waar ze uit kan kiezen. Mijn dagen in het kamp zijn de afgelopen weken kort geweest en dat is de reden voor de rijkdom in de vele mentale ruimte en fysieke energie in de voorbije dagen. Ik heb mijn best gedaan het te koesteren, zo nam ik pas ruim de tijd voor de twee jongens die ik had in mijn eerste les, ik ken ze al sinds het begin en we hebben een mooie band opgebouwd in de afgelopen maanden. Hoe we op het onderwerp geraakten weet ik niet meer, maar we raakten in een diep gesprek over de reis die deze jongens maakten, de één vanuit Afghanistan en de ander vanuit Iran. Het kostte de beiden knulletjes anderhalf uur om me mentaal af te peigeren. Ik heb ze gevraagd om de rest van het verhaal een andere keer te vertellen. Het overblijfsel van die dag, wat een aanzienlijk deel was, kon ik me niet meer concentreren en kwam er geen werk meer uit mijn handen. Mijn hoofd zat simpelweg vol met de verhalen over wolven achtervolgingen, beschietingen, bijna-verdrinkingen en nog veel meer verschrikkingen van het thriller kaliber.
Ik nam ook de tijd voor de twee jongens die een aantal maanden geleden hun moeder verloren, ik had ze de laatste tijd slechts één keer in de les gezien bij mijn collega. Ik zocht ze op, we maakten lol, trokken onnoemelijk veel gekke bekken, belden met hun zus die nog in Iran woont en eindigden met een wilde achtervolging, waarbij ik vooral aan het achtervolgen was in verwoede pogingen mijn afgepakte muts, handschoen of telefoon (help) terug te pakken en zij op hun beurt mij weer achtervolgden om, als ik eindelijk mijn eigendommen weer in bezit had, mij daar weer vanaf te helpen. Ik heb me rot gelachen.
De ruimte in mijn hoofd was ook een zegening, omdat het me de kans gaf om alvast een beetje vooruit te kijken naar mijn terugkeer richting Nederland, zo ben ik voorzichtig op zoek naar een huis, krijg ik de eerste opdrachten alweer binnen, en beginnen er langzaam weer creatieve ideeën te komen voor als ik me weer op kan sluiten in mijn atelier. Het mooiste vind ik echter nog, hoe je open gaat staan voor nieuwe dingen, ideeën of taken als je daar de tijd en ruimte voor hebt en ziet. Zo anders is dat als je altijd maar druk bent met je baan, of ‘het leven’ en door allerlei beslommeringen die ruimte er niet is, laat staan dat je hem zou zien. Het zorgt er al met al voor dat ik nu voor de laatste paar weken sta met een frisse zin en een paar leuke uitdagingen.
De laatste vier weken van mijn werk hier in het kamp ga ik in als coördinator, samen met een collega van mij, omdat onze vaste coördinator voor een vakantie naar haar vaderland terugkeert. Ik mag het logo ontwerpen voor het nieuwe educatieprogramma, waarin onze school fuseert met die van een andere organisatie en de minimale vaardigheden die ik ontwikkelde door na vakanties of trektochten in de bergen een video in elkaar te monteren, blijken zowaar van pas te komen voor het maken van trainingsvideo’s voor nieuwe vrijwilligers. En dan is het ook nog kerst. Met het klein groepje vrijwilligers dat hier op het eiland is weet ik zeker dat we een heerlijke kerstdag zullen vieren. Ook mijn leerlingen hebben de koorts best aardig te pakken: ‘now we are in Europe, so now we celebrate Christmas.’ Is wat ze me vertelden, kort nadat ik ze een tijdje glazig aan had gekeken toen ze het hadden over ‘Baba Noël’. Grandpa! Het duurde even, maar dat is uiteraard de kerstman.
De frisgroene heuvels van het prachtige dal waar ik zwijmelend over uit stond te kijken aan het begin van dit schrijven, zijn een mooi symbool voor de laatste periode die ik hopelijk inga. Nu de winter hier eindelijk echt het eiland bereikt heeft en er zelfs sneeuw lag op Mt. Olympus, niet haar naamgenoot op het vasteland waar Zeus en kompanen huis houden, maar onze eigen variant, is er ook weer water in overvloed. De droge, geel-oranje grond tussen de olijfbomen is begroeid met fris, sappig gras, de natuur zuigt al het water op dat ze bergen kan nu de zomer voorbij is, de citrusvruchten kleuren fel in hun bomen en de kerstverlichting hangt, vol energie en verwachting, klaar voor wat komen gaat.