Bart op Lesbos
[Terug naar de homepagina]
Great are you Lord!

Een vleermuis. Met korte slagen van haar kleine vleugeltjes fladdert ze, steeds van richting veranderend, door de lucht. Ik blijf haar even nakijken terwijl ze verdwijnt tussen de grote bladeren van het palmbos dat scherp aftekent tegen de door de heldere maan verlichte hemel. Terwijl mijn gedachten even afdwalen en ergens een oneindigheid inzweven mijmer ik zachtjes mee op de muziek die achter me bijna voorzichtig gezongen lijkt te worden. Alsof alle aanwezigen een klein beetje bang zijn om de tere rust te verstoren die over ons heen valt nu de maan is opgekomen boven het spiegelgladde water van de zeestraat tussen Turkije en het eiland. Langgerekte nevels lijken steeds verder uitgestreken te worden en vormen een zijdezacht laagje, dat ons het zicht ontneemt op waar ergens lucht en water elkaar raken. De hoogste toppen van de kustlijn aan de overkant lijken de enige getuigen van het onder en boven de horizon daar ergens in de verte. Alsof ze een verwoede poging doen ons ervan te verzekeren dat het beeld voor ons daadwerkelijk bestaat en geen schilderij is van het meest vernuftige wereldformaat. Marc Rothko kan hier nog een puntje aan zuigen, fluister ik heel zacht.
Een mystieke, bijna heilige aandoende sfeer ontstaat op deze prachtige plek terwijl de eerste gitaarakkoorden verlegen om een plekje vragen in het schouwspel. Het is zondagavond en samen met een aantal EuroRelief vrijwilligers zijn we bij elkaar gekomen voor worship. Even samen zijn, samen zingen, God loven, danken en bidden in de kalmte van de avond. Terwijl ik daar zit, met mijn voeten net niet in het water, bang om de spiegeling te doorbreken, voel ik me zo blij, zo gelukkig en zo warm dat ik hier kan zijn met deze geweldige collega’s. Het is zo heerlijk voor mij om eindelijk, na maanden, weer fysiek op een plek te kunnen zijn waar ik mijn geloof kan delen, waar mensen samenkomen om te uiten dat God goed is, het danken waard is en ons helpt. Hier op deze plek merk ik weer hoe ik dat heb gemist, en ervaar ik weer wat ik zo belangrijk vind aan samenkomen en delen in het geloof. Een glimlach krult zich lichtjes om mijn mondhoeken als ik, bijna fluisterend, zing: ‘great are you Lord, it is your breath in our Longs, so we pour out our praise, to you only.’ Mijn collega’s zingen mee, allemaal net zo zachtjes. Wat zijn ze bijzondere mensen. Van ieder continent (behalve Antarctica), maar moeiteloos vinden we elkaar hier. Ik verwonder me erover hoe we elkaar geen vragen hoeven te stellen, hoe we even geen bruggen hoeven te bouwen tussen onze culturen of moeite hebben elkaar te verstaan, maar elkaar al eerder tegen gekomen lijken te zijn. En is dat niet ook zo? Allemaal geloven we, in Jezus, onze God die Zich overal laat vinden, door iedereen. Hij spreekt maar één taal, die van de liefde en die taal kan overal en met iedereen gesproken worden!

Na een paar pittige eerste weken staat deze zachte glimlach steeds vaker op mijn lippen. Waar ik de eerste weken steeds verder wegzakte in een gedachtepatroon van medelijden, verdriet en druppels op gloeiende platen had ik aan het einde van de derde week een moment van bezinning, even stilstaan en op adem komen en mijn gedachten wat ordenen. Dat was geen heel overdachte keuze, maar mijn lichaam en geest schreeuwden om rust. Gelukkig kreeg ik alle ruimte om op vrijdag even wat eerder te stoppen met werken en deed ik niets dan slapen en denken voor de rest van dat weekend. Dat bleek ontzettend waardevol.
Ik had overduidelijk wat te leren, ik had een les nodig over waar een mens zijn energie vandaan haalt op een plek als deze, een les over hoe ik dat zelf ook kan. Onderwijs in hoe het kan dat mensen lachen, spelen, doorgaan en van elkaar houden op een plek die er puur en alleen is vanwege haat, angst en afgunst. Die les kreeg ik daar en eigenlijk van mijn eigen lichaam. Ik móést mijn focus wel verleggen op het geluk in het kleine en wat ben ik blij dat ik het gekund heb.

In de week die volgde voelde ik de stoot energie die ik kreeg van de glimlach die ik kreeg van één van mijn leerlingen. We liepen elkaar tegemoet in het kamp, we waren zeker nog vijftig meter van elkaar vandaag, maar hij straalde al, puur en alleen omdat hij mij zag lopen. Ik zag ook de creativiteit van de mensen in het kamp die op allerlei inventieve manieren een, door te bakken, te koken of hoe dan ook wat geld verdienen en een kleine eigen onderneming hadden. Ik was getuige van de liefde in de gezinnen waar ik kwam en ik rende tegen de harde wind in met mijn leerlingen, we lachten en gierden en vierden dat de herfst komt. Ik voelde hoe het geloof bijna tastbaar in de lucht kon hangen bij de momenten die we deelden als team als we samen de dag startten. Ik miste een leerling die een week lang niet in de les kwam, ik had haar al in mijn hart gesloten. Ik werd blij toen ik haar opzocht en ze me vertelde over haar favoriete muziekgroep en de tekeningen die ze die week had gemaakt. Iedere week op dinsdag en vrijdag wordt ik weer enthousiast over de geweldige kunstwerken die mijn leerlingen maken in de kunstklas die ik heb opgezet. En afgelopen week waren we uitgelaten toen de kunstklas spontaan uitmondde in een danssessie. Keer op keer zie ik ze, voel ik ze, ervaar ik ze. Die momenten waarin het mooiste in mensen naar boven komt: creativiteit, inventiviteit, plezier, blijdschap, spontaniteit, liefde en glimlachen. Geen van die momenten staat op een voetstuk, heeft een groot podium of is eindeloos. Maar stuk voor stuk zijn ze energiek en gaan ze van hart tot hart, stuk voor stuk maakt dat ze waardevol en maken ze dag of het uur. Zo ben ik ‘BigTeacher’ en ‘ArtBart’, maar ben ik ook leerling. Dag in dag uit leer ik weer een beetje. Kwaad is er genoeg vandaag, maar waar kunnen we energie vandaan halen? Waar zit de liefde? De creatieve mensen? De lach of het dansje? Ze zijn er. Eindeloos veel. In iedere dag.

‘Wees dan niet bezorgd over de dag van morgen, want de dag van morgen zal voor zichzelf zorgen; elke dag heeft genoeg aan zijn eigen kwaad.’ -Mattheus 6: 34-